De huidige stad blijkt gebouwd op verschillen. In Stadsleven ‘De oneerlijke stad’ onderzoeken we waar de oneerlijkheden van deze tijd zitten. Arjen van Veelen, journalist Klein Amerika bij De Correspondent, voorziet een somber vergezicht voor Amsterdam in de grote ongelijkheden van St. Louis.
Bij een kruispunt in St. Louis staat een groepje mensen met bordjes in de hand. Niet wéér een demonstratie, denk ik. Maar het is een familie die bedelt. En ze bedelen om geld voor de begrafenis van een man van 27 die een paar dagen eerder is vermoord. Dit zijn z’n broers en zussen, en z’n zoontje. Ik geef het joch een tientje voor de kist van zijn papa.
In de auto terug krijg ik het even te kwaad. Wat is dit voor keiharde stad?
St. Louise, laboratorium van de participatiemaatschappij
Een jaar geleden verhuisde ik van de Amsterdamse Baarsjes naar St. Louis. Een stad met villawijken waar Wassenaar bij verbleekt. Maar ook met mensen die permanent in koepeltentjes wonen. Genève en Bagdad, in één stad. Een stad waar in de ene wijk de levensverwachting 85 is, en in de andere wijk 67 – twintig jaar verschil, op basis van je postcode. Waar voor velen de enige sociale ladder bestaat uit bij McDonald’s werken of crimineel worden.
Bezoekers uit Nederland probeer ik altijd die twee steden te laten zien. Ik neem ze mee naar het prachtige Forest Park, twee keer zo groot als Central Park in New York. Met een golfbaan, een gratis dierentuin, een gratis kunstmuseum, met werken van Matisse, Van Gogh en de grootste Max Beckmann-collectie ter wereld.
En ik toon ze de andere stad, waar kunst bestaat uit de graffiti op drugspanden. De stad van The Wire, maar dan in het echt. Laatst gaf ik een vriendin een rondleiding en stuitte op een verkeersafzetting. “Moord, omrijden”, zei de agent.
I Armsterdam
Gelukkig is het in Nederland niet zo erg. Nederland is minder extreem – o, absoluut. Maar Nederlanders houden van om Amerika na te apen. Ook bij ons bestaat de tendens dat maatschappelijk succes meer gaat afhangen van postcode en papa in plaats van verdienste of talent.
Volgens de meest recente cijfers leeft één op de vijf Amsterdammers onder de armoedegrens (dat wil bijvoorbeeld zeggen dat een gezin moet rondkomen van 1350 euro per maand of minder). Amsterdam doet het dus iets beter dan St. Louis, waar één op de drie arm is. Proficiat! Maar Amsterdam zou veel beter moeten kunnen. Ik zwijg even over recente schietpartijen, die geen incidenten zijn, maar indirect een creatie van de stad zelf.
Let ook op de richting waarheen de stad beweegt: sinds 2008 is het aantal armen in Amsterdam met veertig procent gestegen. Tweedeling is geen trendwoordje. Amsterdam is nu al een stad met bijna 200.000 armen. Vooral buiten de ring, uit het zicht. Het centrum wordt zo een officieus gated community. Je hebt I Amsterdam. En I Armsterdam.
St. Louis zie ik als extreem laboratorium van de participatiemaatschappij. Waar mensen hun eigen verantwoordelijkheid moeten nemen, en niks mogen verwachten van de overheid. Dan heb je dus een stad waar een kleuter langs de kant van de weg moet bedelen om de doodskist van papa te betalen. Prettig vergezicht!
Kappen met Amerikaatje spelen, Amsterdam.
Meer lezen?
Klik door naar ons dossier Stadsleven ‘De oneerlijke stad’ voor meer blogs en columns over dit onderwerp of lees meer columns van Arjen voor De Correspondent hier.