Een kijkje in Aldo van Eycks Burgerweeshuis

Wat speelt er aan de voorlinie in de stad? Elke donderdag vind je in het Stadsleven webmagazine een trend die je in de gaten moet houden. Vandaag: het Burgerweeshuis, een beroemd gebouw van Aldo van Eyck uit 1960, dat je nu heel even van binnen kunt zien dankzij een tentoonstelling van de nomadische galerie Cityscapes. Tracy Metz vertelde erover in KRO NCRV Radio 1 De Ochtend.  

Het bijzondere Burgerweeshuis is van 1960 en is een ontwerp van één van de bekendste architecten van Nederland van de twintigste eeuw, Aldo van Eyck – hij overleed in 1999. Met het ontwerp van het Burgerweeshuis lanceerde hij een belangrijke stroming uit de architectuur: het structuralisme. Dat zijn gebouwen die zijn samengesteld uit allemaal afzonderlijke modules met dezelfde elementen – balken, kolommen en koepels – die samen een structuur vormen. Het Burgerweeshuis heeft bijvoorbeeld maar liefst 328 kleine en 8 grote modules die rond patio’s en binnenplaatsen zijn gerangschikt. Als je de plattegrond ziet lijken ze met de losse hand uitgestrooid, alsof het allemaal organisch is gegroeid. Heel idealistisch dus, maar vaak ook vreselijk dwingend – dat dubbele zie je bij wel meer architecten.

 

Aan de straatkant zie je alleen een rij bescheiden modules met koepeltjes. Pas als je naar binnen gaat zie je hoe groot het is en hoe die ruimtes allemaal in elkaar overlopen. Van Eyck was bezeten van het idee dat zijn architectuur binnen en buiten in elkaar kon laten overvloeien. Je moet je ook bedenken dat toen het gebouwd werd, het zowat moederziel alleen in de polder stond. Nu zijn er allemaal grote kantoren eromheen – ook één van Aldo van Eyck zelf – en de A10. Van Eyck heeft op veel plaatsen in Nederland gebouwd, zoals het Sonsbeek paviljoen in Arnhem, de Algemene Rekenkamer in Den Haag en het ruimtevaartcentrum ESTEC in Noordwijk. Maar hij ontwierp ook een groot aantal kinderspeelplaatsen en –toestellen in Amsterdam, waarover de grafisch ontwerpers Anna van Lingen en Denisa Kollarová een boekje maakten. In 2008 verscheen zijn verzameld werk, ‘Writings’, waarover de Engelse criticus Justin McQuirk een stuk schreef met scherpe observaties over het verschil tussen de architectuur van toen en nu. En hier vind je een mooie reflectie op de betekenis van Aldo van Eyck, toen en nu. 

Van Eyck vond zelf dat hij heel maatschappelijk bezig was, maar ik denk dat hij diep van binnen meer geïnteresseerd in het idee dat zijn gebouw moest uitdrukken dan in de mensen die erin zouden wonen en werken. Maar de architectuur heeft dat ook nodig, dat er af en toe gebouwen worden gemaakt die de grenzen oprekken. 

Het Burgerweeshuis is maar een paar jaar weeshuis geweest. In de jaren tachtig dreigde sloop, maar het is gered toen er een architectuuropleiding in kwam, het Berlage Institute. Nu staat het leeg, maar volgende maand begint de verbouwing, door Wessel de Jonge, die oa de restauratie van het sanatorium Zonnestraal op zijn naam heeft staan. Het wordt een kantoor van bouwbedrijf BPD, Bouwfonds Property Development, dat ook een deel van zijn kunstcollectie meeneemt hier naar toe. In de tussentijd is dit het perfecte moment om dit ‘manifest’ in zijn ‘pure’ vorm te zien.

In de tussentijd mag galerie Cityscapes er een tentoonstelling houden met werk van ruim twintig kunstenaars – architectuur, modellen, keramiek, schilderijen en installaties. In die kale stoere ruimtes komt het mooi tot z’n recht. Mijn favoriet is de Stonehenge-achtige structuur van ruw planken van Simcha Rodenburg. Een heel ‘bouwwerk’ waar geen schroef of spijker aan te pas komt.

Meer lezen?

  • Meer trends in De Stad Nu vind je hier.
  • Meer informatie over de Cityscapes tentoonstelling vind je hier en over het werk van Simcha Rodenburg hier. Aanstaande zaterdag 14 januari om 17 uur is er een gesprek in de tentoonstelling met kunstenaar Edwin Zwakman, architect en leerling van Aldo van Eyck, Herman Hertzberger, en directeur Monumentenzorg Aart Oxenaar.