Bezuinigingen dwingen steden andere financiële bronnen te zoeken om de kosten van infrastructuur en openbare ruimte te dragen. Bedrijven blijken maar al te graag in dat gat te springen. Stadsleven ‘Stad Zoekt Merk‘ stelt de vraag: de commercie als hoeder van onze stedelijke openbare ruimte, zegen of zorg? Stadsleven-stagiair Sam Duijf schrijft over hoe merken de identiteit van een stad vormgeven met als hét voorbeeld: Times Square.
Merk – teken dat ergens op is aangebracht zodat je het kunt herkennen
Zo luidt een definitie van het woord “merk”. Een merk wordt veelal gezien als een teken van iets; een product, een bedrijf of zelfs van een stad. Deze merken helpen ons dit “iets” te herkennen. We zien deze merken overal om ons heen. Denk bijvoorbeeld aan de gele M’s van McDonalds langs de weg of de grote Samsung billboards op gebouwen.
Times Square succesvol door haar billboards
Men zou zelfs kunnen stellen dat het juist de (fluorescerende en lichtgevende) merken zijn die de stad – letterlijk – kleur geven; die de stad karakter geven. Zo zijn bijvoorbeeld de talloze billboards en merken die rondzweven op Times Square niet weg te denken uit het straatbeeld van New York. Het zijn juist deze merken die de stad ‘aankleden’ en haar op deze manier betekenis geven.
De stortvloed aan merken op Times Square wordt – ironisch genoeg – New Yorks eigen karakter. De stad wordt, al dan niet kunstmatig, gekenmerkt door consumentisme en lijkt hierdoor haar succes te verwerven.
Ondanks dat het New Yorkse drukke stadshart jaarlijks lijkt te commercialiseren (of beter gezegd: te exploderen) en een ervaring nalaat die – op zijn zachts gezegd – mogelijk als onprettig kan worden ervaren, vindt de gemiddelde toerist het alleen maar interessanter. Immers, de bezoekersaantallen blijven stijgen. Zo werd in augustus dit jaar Times Square door ongeveer 400.000 duizend mensen dagelijks bezocht; ruim 100.000 bezoekers meer dan twee jaar daarvoor. Wat willen de bezoekers precies zien, hét teken van de stad?
Want wat zou er van Times Square overblijven als deze merken er niet meer zouden zijn? Je zou kunnen zeggen dat Times Square haar uniciteit verliest wanneer het alleen maar zou bestaan uit kale gebouwen zonder logo’s en emblemen. De enkel kale en torenhoge gebouwen zouden niet meer dan een grauw en hol gevoel achterlaten.

Credits: Mindshart
Times Square als hyper-merk zorgt voor bezoekers
Het vroegere Times Square, Longacre Square, werd al door vele investeerders en handelaren als middelpunt voor bedrijvigheid gezien, vandaar de bouw van grote hotels en metrolijnen. Maar vooral in de jaren ’90 is Times Square door burgemeester Rudy Giuliani een heuse stedelijke make-over ondergaan. De komst van grote familiaire bedrijven zoals Disney en thema-restaurants zou Times Square veiliger en aantrekkelijker moeten maken. Een ‘stedelijk paradijs’ zou het volgens Giuliani moeten worden – een ogenschijnlijk ‘contradictio in terminis’ zoals Volkskrantjournalist Tim Overdiek het destijds beschreef. Het zou eerder als een rumoerige stedelijke jungle van reclame kunnen worden gezien, want de stad lijkt met Times Square een eigen merk te willen maken door middel van…jawel, merken; reclame.
Niet alleen de aandachttrekkende verlichte billboards zorgen voor deze bezoekersboom, maar het kunstmatig “merken” van deze publieke ruimte laat Times Square een merk an sich worden; een soort hyper-merk. Dan rest er alleen nog maar een vraag: wat trekt ons nu ècht aan, de stad New York of het merk New York?
Meer lezen?
Lees hier meer columns en blogs over Stadsleven ‘Stad zoekt merk’.