Privatisering openbare ruimte: een publiek probleem? – Column Els Leclercq

Bezuinigingen dwingen steden andere financiële bronnen te zoeken om de kosten van infrastructuur en openbare ruimte te dragen. Bedrijven blijken maar al te graag in dat gat te springen. De commercie als hoeder van onze stedelijke openbare ruimte: zegen of zorg? Els Leclercq is directeur van het stedenbouwkundig bureau Studio Aitken, en promoveert bij Design as Politics (TUDelft) op privatisering van de publieke ruimte. Voor Stadsleven ‘Stad Zoekt Merk‘ licht ze de noodzakelijkheid toe van publiek debat over de privatisering van de openbare ruimte.

Privatisering openbare ruimte zorgt voor uitsluiting

Overheden voelen zich vaker genoodzaakt om verantwoordelijkheden, die eerder vanzelfsprekend tot de taken van de overheid behoorden, uit te besteden aan private en semi-private instellingen. Dit door financiële druk of als gevolg van steeds complexer wordende stedelijke opgaven. Zo komen bijvoorbeeld eigendom, aanleg en onderhoud van de openbare ruimte in particuliere handen. In landen zoals de Verenigde Staten of Groot Brittannië is dit fenomeen al vrij normaal geworden, maar ook in ons land rukt de privatisering van de openbare ruimte op. Private partijen minimaliseren risico’s om commerciële belangen te maximaliseren, ook in de openbare ruimte.

'Paradise Street (Liverpool) - Geprivatiseerde deel'. Foto door Els Leclercq

‘Paradise Street (Liverpool) – Geprivatiseerde deel’. Foto door Els Leclercq

In het algemeen leidt dit tot een grotere controle (door camera’s en toezicht) en tot een homogenere inrichting van de ruimte, waarbij de thema’s schoon, veilig en het aanbieden van vertier prevaleren. Commerciële overname van de publieke ruimte zorgt daarnaast voor beperkingen op het uitoefenen van onze publieke rechten, zoals het recht op demonstreren, het uitdelen van flyers, spreken in het openbaar, die door deze partijen aan banden gelegd kunnen worden. Naast controle op activiteiten kunnen bepaalde groepen mensen of individuen die ongewenst zijn of onverwacht gedrag vertonen worden uitgesloten; skateboarders, groepen jongeren, en straatmuzikanten worden zelden getolereerd en door private toezichthouders verwijderd. Door uitsluiting van bepaalde groepen en activiteiten neemt de kans op onverwachte gebeurtenissen of ontmoetingen af; bij uitstek kenmerken van een stedelijke publieke sfeer.

Wie bepaalt van wie de publieke ruimte is?

Privatisering van de openbare ruimte komt niet alleen door de intrede van commerciële instanties maar ook door individuele burgers of belangengroepen die steeds meer invloed krijgen. Met door de overheid gefinancierde burgerinitiatieven realiseren zij hun eigen agenda voor de publieke ruimte. Deze zo vaak bejubelde bottom-up benadering leidt tot ‘parochialisering’; een groep gelijkgestemden domineert met een specifiek programma de openbare ruimte. Als een bepaalde groep mensen bijvoorbeeld een deel van een park inneemt voor private of collectieve moestuinen, kunnen kinderen op die plek niet meer voetballen of families niet meer picknicken. Wie bepaalt wie zich de ruimte mag toe-eigenen?

Beide situaties leiden tot uitsluiting van ‘de ander’; in geprivatiseerde commerciële situatie wordt het publiek beperkt tot diegenen die de commerciële belangen dienen, consumenten dus. En bottom-up initiatieven zijn veelal gericht op een parochiale groep waarbij ‘vreemden’ bewust of onbewust geweerd worden.

'Paradise Street (Liverpool) - Publieke deel'. Foto door Els Leclercq

‘Paradise Street (Liverpool) – Publieke deel’. Foto door Els Leclercq

Oproep tot debat: voor publiek én overheid

Beide bewegingen van privatisering zullen zich in de nabije toekomst nog sterker manifesteren. Twee oproepen aan de maatschappij om hier op een bewuste manier mee om te kunnen gaan: ten eerste een oproep aan ieder om na te denken over de aard en verschijning van onze publieke ruimte. Willen we een gecontroleerde homogeen ingerichte ruimte waar commerciële belangen prevaleren of willen we een democratische ruimte waar de vrijheden van individuele burgers voorop staan? Publiek debat is hierover noodzakelijk.

In de tweede plaats een oproep aan de (lokale) overheid: faciliteren is een werkwoord en een faciliterende overheid vereist een actieve rol in het maken en uitvoeren van beleid met betrekking tot het behartigen van de belangen van alle burgers. De overheid heeft nog steeds een grote (gedeelde) verantwoordelijkheid hierin. 

Meer lezen?  

Lees hier meer columns en blogs over Stadsleven ‘Stad zoekt merk’.