Buren als partners in de stad – Interview Ondergronds

Als je het hebt over de stad, dan ontkom je niet aan Jane Jacobs. Deze stadsactiviste is dit jaar 100 jaar geleden geboren, maar haar gedachten over de stedelijke publieke ruimte zijn nog springlevend. Hoe maken we tegenwoordig ons buurtgevoel met de middelen van deze tijd? Sanne van der Beek interviewde Julien Thomas die met het project Ondergronds ontmoetingen tussen oudere en jonge Amsterdammers in de metro creëerde. 

Hoe meer buurtgevoel, hoe meer zorg voor de stad

“De stad wordt een heel andere plek als je een vriend op straat tegenkomt. Dat is voor mij buurtgevoel”, stelt Julien Thomas, samen met Manon Veldhuis oprichter van Ondergronds. “Ik geloof dat naarmate je leefomgeving bekender voor je wordt – je letterlijk bekenden tegenkomt –  dat er dan een grotere aandacht en bereidheid zijn om zorg te dragen voor hiervoor. Buurtgevoel is dus enorm belangrijk voor de stad.”

Deze diashow vereist JavaScript.

Maar, zo tekent Thomas aan, hij ziet een gebrek aan een dergelijk buurtgevoel. “Je ziet dat mensen steeds meer in kleine wereldjes langs elkaar heenleven. Dat komt bijvoorbeeld door de stroom aan nieuwe bewoners in de stad, maar ook door de hausse aan toeristen.” Een andere reden zou je kunnen zoeken in – om met de woorden van de bekende Poolse socioloog Zygmunt Bauman te spreken –  dat buurtgevoel is vervangen door neo-tribalisme. Mensen bewegen zich door de stad op basis van hun tribes. In een gegentrificeerde buurt kunnen de routes van laptopnomade die tussen hippe cafeetjes heen en weer springt en de oorspronkelijke Amsterdamse bewoner die naar de lokale winkels gaat elkaar gemakkelijk nooit kruisen. Tribalisme als vervanging voor buurtgevoel. 

Ondergronds elkaar ontmoeten

Nog twee groepen die elkaar maar moeilijk treffen in de stad zijn de oudere bewoners en jonge mensen. Bedenk maar eens, zo stelt Thomas, wanneer je jonge mensen in een buurthuis aantreft. Kun je het wel een buurthuis noemen als je daar slechts de oudere stadsbewoners vindt? Dat is de reden waarom hij afgelopen zomer het project Ondergronds startte. 50 Gesprekken lang werden jonge en oude Amsterdammers samengebracht in de metro voor een gesprek van twintig minuten. Met de metro als plek bij uitstek waarbij je onbedachtzaam langs honderden mensen heen zoeft. Op een website kon je intekenen voor een ritje met één van de 16 ouderen en meteen ook hun bijzondere levensverhaal lezen. Een beenmerg-donor, een man die als soldaat in Nederlands-Indië gediend heeft, een meester naaister. Voer voor bijzondere gesprekken.

Deze diashow vereist JavaScript.

Het effect gaat echter verder dan de vijftig gesprekken vindt Thomas. “Wij geloven dat als je iemand een vreemde ziet benaderen voor een gesprek, je aangemoedigd wordt om misschien eens een gesprek aan te knopen met de persoon naast je. ” En dat kan op de lange termijn zelfs een andere band met de stad opleveren: “Als bewoners deel je publieke infrastructuur zoals wegen, water en elektriciteit. Daarom hebben we eigenlijk een gedeeld belang in de stad. Maar het is niet vaak dat je jezelf en de mensen om je heen zo ziet. Door een specifiek aspect van publieke infrastructuur – in dit geval de metro-  te nemen als ontmoetingsplek voor vreemden, willen we mensen aanzetten om zichzelf in een nieuw licht te zien: als partners met elkaar en met de stad.”

Meer lezen?

  • Op de website van Ondergronds kun je de video van het project bekijken en de bijzondere levensverhalen van de 16 deelnemende senioren lezen.
  • Klik hier voor meer blogs en columns over ‘Bij Jane in de buurt’.