Tijdens Stadsleven ‘Hello/Goodbye: de auto in de stad‘ van maandag 29 september hebben we het over de toekomst van de auto die met technologische ontwikkelingen zoals zelfrijdende auto’s en carsharing apps zoals Snappcar of goedkope diensten als Uber wel eens op losse schroeven kan komen te staan, of in elk geval totaal anders ingekleurd wordt.

Max Bruinsma. Foto: Lisa Klappe
Maar een auto is niet alleen technologie of toekomstdromen: het is ook een persoonlijk object waar iedereen wel een herinnering aan heeft. De auto-herinnering van…Max Bruinsma, designcriticus:
Mijn twee technologische liefdes staan op gespannen voet: het soort stad waar ik van houd, is niet voor de auto gebouwd. De fijnmazigheid van oude Europese binnensteden als Amsterdam, met hun labyrint van smalle straatjes en steegjes en hun huizenblokken die schijnbaar toevallig gestapeld in elkaar overlopen, verdraagt zich slecht met de rechte lijnen en soepele curves die mijn favoriete auto’s willen volgen. Zo zien ze er ook uit: bakstenen van een andere dimensie als die van de pre-moderne stad.
Mijn eerste eigen auto was een oude Volvo 142, ruim viereneenhalve meter lang en brandweerrood. Hij was gereviseerd door een kleine garagist in het centrum van Amsterdam, waar ik ‘m kon afhalen, in de Oudezijds Armsteeg. Nomen est omen. Mijn eerste ritje, startend in het donkere hol van de garage, was zenuwslopend. Ik begreep waarom de man alleen Volvo’s repareerde; andere wagens hadden niet de korte draaicirkel die je nodig had om in dit meest compact gebouwde restant van middeleeuws Amsterdam te koersen. Het nemen van de bocht naar de Korte Niezelbrug voelde als naaien met een breinaald. Geweldige auto, geweldige stad. Maar ze hebben altijd ruzie.
Meer lezen?
Klik door naar ons dossier ‘Hello/Goodbye: de auto in de stad‘ voor meer artikelen over dit onderwerp.